Keyboard shortcuts

Press or to navigate between chapters

Press S or / to search in the book

Press ? to show this help

Press Esc to hide this help

Graad 5

VLOER

  1. Handstand 1 sec.
  2. Radslag op 1 arm
  3. Koprol a.o. met rechte armen (mag evt. met plank)
  4. Streksprong 1/1 draai
  5. Arabier streksprong

EVENWICHTSBALK (Hoge balk)

  1. Ophurken
  2. Komen tot ruglig, achter hoofd de balk vasthouden, benen strekken naar verticaal (2 sec), gevolgd door komen tot (spreid)zit (of stand)
  3. ½ draai op 1 been in passé gevolgd door zweefhouding 2 sec
  4. Hurksprong
  5. 1/1 draai of arabier af

ONGELIJKE BRUG (Lage + hoge legger)

  1. Borstwaartsomtrek
  2. Kniedraai v.o. of a.o.
  3. Buikdraai achterover
  4. Wegzetten en ophurken met 1 (of 2) voet(en) (tussen de handen, of erbuiten met handverplaatsing)
  5. 3x zwaaien (vanuit overspringen, of met hulp aanspringen vanaf de grond)

BRUG GELIJK (lage brug)

  1. Opspringen met rechte armen, hoeksteun (1 sec.)
  2. Spreidzit, gevolgd door rol v.o.
  3. 3x zwaaien
  4. Spreidsluit achter gevolgd door spreidsluit voor
  5. Achter uitwenden boven horizontaal tot dwarsstand

REKSTOK (Lage en hoge rekstok)

  1. Borstwaartsomtrek
  2. Buikdraai direct gevolgd door wegzet tot stand met rechte armen (stok vasthouden)
  3. Ondersprong vanuit stand
  4. 3x zwaaien
  5. Bolle afsprong vanuit zwaai

MINI TRAMPOLINE

  1. Spreidhoeksprong (Op of boven horizontaal)
  2. Hoeksprong (Op of boven 45 graden)
  3. Salto v.o.

SPRONG (Kast minus 1 segment/Pegases laagste hoogte + verhoogd vlak)

  1. Handstand platval
  2. Arabier tot buiklig

RINGEN ZWAAI

  1. 1/1 draai in
  2. 1/1 draai uit
  3. Komen tot vouwhang in voorzwaai
  4. Vanuit vouwhang terugkomen tot strekhang in de voorzwaai
  5. Achter afspringen tot stand